Ik zit op de vloerverwarming van ons kleine keukentje. Op de kookplaat staat een pannetje net gemaakte appelcompote af te koelen, naast me staat een dampende mok thee (‘haardvuurmelange’). Amira krult om mijn menen en geeft me kopjes en op de achtergrond klinken pianoklanken en Sander die een gouwe ouwe van Mumford and Sons zingt. Het leven is goed in het hier en nu.
