Tot nu toe was het vooral investeren. Zaadjes planten, water geven, onkruid weghalen en slakken rapen. Alles om de plantjes te zien groeien en me erover te verwonderen hoe wonderschoon dat gebeurt. Ik maakte een klassieke beginnersfout door het allereerste begin van mijn worteltjes aan te zien voor opkomend gras en trok het eruit bij m’n onkruidronde. Sander deed hetzelfde met het eindelijk opgekomen venkelplantje. Maar er ging ook al heel veel goed. M’n afrikaantjes hebben al hun vierde bloeironde, rijkelijk trakterend op oranje bloemen. De lavendel staat in bloei. De courgette is enorm gegroeid en de eerste bloemen van de pompoenplant beloven veel goeds!

Maar nu dan toch… Mijn eerste oogst. Lekker klassiek: een krop ijsbergsla, met flink wat zand ertussen, en flink wat happen eruit door hongerige slakken. Maar genoeg om een uitgebreide salade voor de lunch te maken. Wat een feest. Het voelt zo bijzonder om iets te eten wat je met zoveel liefde hebt opgekweekt. Wat je stap voor stap hebt zien groeien. Smaakt het dan ook lekkerder. Niet per se geloof ik. Maar het éét wel lekkerder!